zondag 23 november 2014

DE MICHELANGELO CODE


Op 18 februari 1564 stierf Michelangelo Buonarroti (geb. 1475), wellicht de grootste beeldend kunstenaar tot op heden, verarmd in zijn werkplaats, in een der armste wijken van de stad Rome. De volgende ochtend al, verscheen er een delegatie van de paus, die zijn atelier doorzocht. Er was weinig te vinden. De avond ervoor had de artiest al zijn tekeningen en persoonlijke documenten verbrand. Michelangelo had de kerk 50 jaar gediend met zijn uitzonderlijke kwaliteiten en was verantwoordelijk voor de fresco's in de Sixtijnse kapel van de Sint Pieter. Deze waren door de al om aanwezige naakten voor veel geestelijken te choquerend en werden later met doeken afgeschermd. Voordat de Rooms Katholieke kerk een staatsbegrafenis kon organiseren, werd zijn lichaam naar zijn geboortestad Florence ontvoerd. In 1513 vervaardigde hij de Mozes, dat algemeen als een pronkstuk werd gezien. Hij was toen 37 jaar oud en had zijn kunnen al laten zien door de Piëtat in de Sint Pieter en de David in Florence. Vanaf dat moment werd Michelangelo overstroomd met opdrachten van de katholieke kerk.

Paus Julius II zag symbolische kracht en uitstraling van hoogwaardige kunst als een belangrijk middel van de kerk om haar boodschap uit te dragen en de gelovigen te imponeren. De Mozes maakt onderdeel uit van het begrafenismonument van deze paus. Bij recente restauratie en bestudering kwamen er een aantal frappante feiten naar voren, die om een nieuwe interpretatie vroegen. Michelangelo was een vriend van de paus Julius II, die zijn genie bewonderde. Het was dan ook logisch, dat hij de opdracht van de familie om het graf voor deze Renaissance-paus te ontwerpen en te realiseren. Michelangelo heeft er zijn verdere leven aan gewerkt. Dit leidde tot polemieken en rechtszaken, waarin de kunstenaar als oplichter werd aangeklaagd. De Mozes maakt onderdeel uit van het graf. De rest is opmerkelijk. Met name de positionering van de overledene, als een ingetogen, rustende wijze, was geheel tegen de toenmalige tradities in. Maar ook de Mozes zelf riep vragen op. De baard was a-symmetrisch, de knieën verschilden in dikte en de linkerhals was vervormd.


Alles wees erop, dat Michelangelo op het laatste moment het beeld nog heeft bewerkt en aangepast. Maar met welke reden? Ook het beeld van de Paus is afwijkend. Julius II was een machtige paus, die het geloof ook op het slagveld verdedigde. Hij legde de eerste steen voor de imposante St.Pieter. Toch lijkt zijn beeld ingetogen en weinig bijzonder. Lang heeft men gedacht, dat het beeld was gemaakt door een anonieme kunstenaar, die voor deze klus was ingehuurd. Recent onderzoek komt tot de conclusie, dat het beeld wel degelijk door de kunstenaar zelf is gemaakt. Ook bij dit beeld rees de vraag naar de bedoeling van zijn genie. Julius II stierf in 1513 en de eerste plannen waren kolossaal. De Mozes zou een van vijf magistrale beelden moeten worden. Tegelijkertijd gaf Julius II Michelangelo de opdracht voor de fresco's in de Sixtijnse kapel. Hij werkte daar vijf jaar aan van 1508–1513. Michelangelo is de “talk of the town” en hij passeert in diverse brieven. Opvallende namen hierin zijn Vittoria Colona en kardinaal Reginald Pole, de laatste katholieke aartsbisschop van Canterbury. De eerste is een telg uit een oud Romeins geslacht en er zijn brieven bewaard gebleven, waarin een meer dan gemiddelde affectie voor elkaar blijkt.

Vittoria was een overtuigd katholiek, toch werd ze beïnvloedt door het opkomende protestantisme. Ze had contact met en nam deel aan bijeenkomsten van hervormingsgezinde katholieken. Zij erkenden de misstanden, maar wensten die van binnenuit te herstellen. Reginald Pole was een prominent lid van deze groep. Ook Michelangelo sympathiseert met deze beweging, getuige de stellingname in een brief aan Vittoria, dat “vergeving niet gekocht kon worden.” Het was vooral Maarten Luther, die fulmineerde tegen de verkoop van aflaten door de kerk, waardoor begane en toekomstige zonden werden vergeven. De katholieke kerk stelde, dat men de hemel kon verdienen door goede werken te verrichten, liefdadigheid te betrachten en de kerk financiëel te steunen. De Protestanten echter beleden, dat redding alleen door het geloof plaats kon hebben. Michelangelo en Vittorio Colona schijnen het op dit belangrijke punt met de protestanten eens te zijn geweest.


De vernieuwingsbeweging in de Rooms Katholieke kerk werd echter de kop ingedrukt. Over niet al te lange tijd zou de Inquisitie ketters verbranden en de protestanten de kloosters. Het was dus uitermate gevaarlijk om in Rome een afwijkende mening te ventileren, pauselijke spionnen waren overal. Toch wilde Michelangelo een statement maken en hij gebruikte het grafmonument van Julius hiervoor. Niet alleen beeldde hij de paus af als een bescheiden en contemplatief mens, die niet aan wereldlijke rijkdom vasthield. Ook heeft hij de Mozes aangepast. Michelangelo heeft op het laatste moment het hoofd van het beeld veranderd. Daardoor kijkt het niet meer naar het altaar, maar naar rechts. Ook deze symboliek verwijst naar de kritiek van de protestanten. Deze wensten een eredienst in de volkstaal, en niet in het Latijn en dat de voorganger niet met zijn rug naar de gemeente diende te staan, maar hen rechtstreeks aansprak. (Bijdrage: Situ)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten