dinsdag 21 juni 2011

VLIEGVELD LEEUWARDEN

OPEN DAG LUCHTMACHT, LEEUWARDEN

Hallo Harlingen
Vorige week een boekje gekocht in het Militair Luchtvaart Museum in Soesterberg.
De geschiedenis van vliegveld Leeuwarden.
Het boekje heet: Voor vriend en vijand paraat (ISBN 978 90 5194 384 9).
Dat is een vertaling van het Latijnse "Amicis inimicis promptus".

Het embleem van Vliegveld Leeuwarden.
Met kroontje (trouw aan het vorstenhuis) en Friesche Draeck.
Dit fabeldier schijnt zich ooit in Gaasterland bij het Rode Klif vertoond te hebben.
Op vrijdag 24, zaterdag 25 en zondag 26 juni 1938 waren er openings-festiviteiten.
Toevallig vallen die data dit jaar op de zelfde dagen.
Vanaf augustus 1939 werd er i.v.m. de mobilisatie niet meer gevlogen.
Uiteraard waren de Duitsers zeer geïnteresseerd in het vliegveldje.
Het weiland werd verhard met puin uit het platgebombardeerde centrum van Rotterdam (sic).
Het vliegveld kreeg een militaire bestemming en na de oorlog is dat zo gebleven.
Misschien zit er een artikeltje in voor een van je websites.
Ik heb het boekje nog niet uitgelezen, dus ik kan je niet verder helpen.
Opname WO2

Vliegbasis Leeuwarden

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
   
Bord aan toegangsweg Vliegbasis Leeuwarden
De basis gedurende de Open Dagen Koninklijke Luchtmacht in 2001.

Vliegbasis Leeuwarden is een van de drie laatste MOB's (Main Operation Base) van de Koninklijke Luchtmacht. De vliegbasis ligt enkele kilometers ten noordwesten van de Friese hoofdstad Leeuwarden. Er zijn circa 1200 personen (militairen en burgers) werkzaam.

 Bijzonderheden

2 startbanen.
  • Asfalt. 06-24 Lang 2957 m, breed 50 m.
  • Asfalt. 09-27 Lang 2000 m, breed 50 m.
  • ICAO-luchthaven identificatie EHLW.
  • Nav.Aid; militair TACAN baken LWD CH094 X en sinds 2005 ILS
  • Meteo; voor EHLW via KNMI METAR-pagina (zie link).
  • Instrument-vliegprocedures; MTIP in PDF-format downloadable vanaf de website van de Amerikaanse NGA (zie link).
  • Activiteiten na sluitingstijd; zweef en modelvluchten vanaf grasmat door de Friese Aero Club (zweefvliegen)en door Aeria (modelvliegen)

Geschiedenis

Vanaf 1938 was Leeuwarden oorspronkelijk een burgervliegveld met een grasmat, maar in 1940 werd het veld na bezetting door de Luftwaffe omgebouwd tot Fliegerhorst Leeuwarden en van een vast baanstelsel voorzien. Hiervoor werd onder meer puin gebruikt dat was verkregen door het bombardement op Rotterdam.
Vanaf Fliegerhorst Leeuwarden werden in de bezettingsperiode door de Luftwaffe dag- en nachtvluchten uitgevoerd met:
Door zijn noordelijke ligging werd de basis vaak gebombardeerd door de Royal Air Force (RAF), wanneer deze op weg naar Bremen en Hamburg was. De schade werd echter altijd vlot hersteld omdat de ligging van Leeuwarden het de Duitse bommenwerpers mogelijk maakte om rechtstreeks naar Engeland en terug te vliegen.
Vanaf eind 1944 kreeg het veld het echter zo zwaar te verduren dat operaties bijna onmogelijk werden en vlak voor de bevrijding werden de hangars en startbanen door achtergebleven Duitsers opgeblazen. Een van de oudste gebouwen (het oude KLM gebouw) werd echter gespaard en is nu een museum.
Na de oorlog werd het vliegveld herbouwd voor de KLM-vluchten naar Schiphol. In 1949 werd Leeuwarden in gebruik genomen als vliegbasis van de Koninklijke Luchtmacht.
In de eerste jaren van de NAVO oefenden verschillende luchtmachten op de vliegbasis Leeuwarden; deze was in die tijd een van de meest gebruikte vliegbases van West-Europa. Men beschikte over 5 ranges (oefenterreinen) waar vliegtuigen met scherp mochten schieten of bommen mochten afgooien; hiervan zijn alleen de Vliehors en de 'Temporary Reserved Airspaces' (TRA) boven de Noordzee over.
Het werd de eerste basis van de Koninklijke Luchtmacht waar straalvliegtuigen van het type Gloster Meteor F8 gestationeerd werden. De Meteor werd in 1956 vervangen door het type Hawker Hunter F6A, in 1964 werd deze weer vervangen door de Lockheed F-104 Starfighter en vanaf 1979 wordt gevlogen met het standaard multifunctionele NAVO-gevechtsvliegtuig General Dynamics F-16 Fighting Falcon.

 Actualiteit

Op de basis zijn de volgende squadrons (sqn) gehuisvest met in het kort de uitvoerende taken:
  • 322 multi role (F-16) sqn. Belast met luchtverdedigings- en grondsteuntaken. Het is het enige Nederlandse luchtmacht sqn dat in WOII in Engeland werd opgericht en er als onderdeel van de RAF acties aan oorlogsacties heeft meegedaan.
  • 323 TACTES (F-16) sqn. Belast met training, evaluatie en standaardisatie.
  • 303 SAR sqn. Belast met Search and rescue (SAR) taken en het assisteren van nooddiensten middels de Agusta AB412.
  • 630 grondoperationeel sqn. Belast met bewaking van de basis en van het detachement tijdens uitzendingen.
  • 920 onderhouds sqn. Belast met onderhoud van elektronische en mechanische apparatuur en het wagenpark.
  • 921 logistiek sqn. Belast met alle logistieke werkzaamheden, bevoorrading etc.
  • 922 basis sqn. Belast met de platformtaken als verkeersleiding, brandweer, meteo.
De basis is ook gastheer voor een reservisten sqn.
De basis is locatie voor de periodieke NAVO oefening Frisian Flag.
Ook vindt op Leeuwarden de Fighter Weapon Instructor Training (FWIT) plaats waarbij personeel van alle NAVO luchtmachten tot wapeninstructeur wordt opgeleid.
Een andere taak van de vliegbasis Leeuwarden is de Quick Reaction Alert (QRA); een hoge paraatheidsgraad t.b.v. de verdediging van het luchtruim. Na de gebeurtenissen van 11 september 2001 is deze taak zeer belangrijk geworden.
Ook bevindt op de Vliegbasis Leeuwarden een zweefvliegclub, de Friese Aero Club.

Toekomst

Opstelling tijdens open dag
Tijdens open dag
Leeuwarden vormt samen met de andere F-16 basis, vliegbasis Volkel en de helikopterbasis vliegbasis Gilze-Rijen de laatste Main Operating Bases (MOB) van de Koninklijke Luchtmacht. Dat wil zeggen Volkel en Leeuwarden zijn de enige 2 bases in Nederland waar jachtvliegtuigen gestationeerd zijn. De andere bases (Soesterberg, Ypenburg, Deelen, Eindhoven en Twenthe b.v) zijn in de loop der jaren door bezuinig/reorganisatie opgeheven.
Nederland participeert momenteel nog voor een deel in de ontwikkeling van de Amerikaanse Joint Strike Fighter (JSF) die de opvolger van de F-16 zal moeten worden.
In november 2010 [1]. maakte de nieuwe minister van defensie H.Hillen bekend dat vanwege zeer stringente bezuinigingen de defensie sector in de komende 4 jaar totaal €200 miljoen moet inleveren. Dit gaat gepaard met een personeelsreductie over heel defensie van 10.000 personen (1 op de 7 functies). Voor de luchtmacht betekent dit een drastische inkrimping van het aantal vlieg en oefenuren en wederom opheffing van 2 F-16 squadrons. Hierbij is het concentreren van de resterende F-16 capaciteit op 1 vliegbasis een reële optie geworden. Vanuit de militaire vakbondskringen ACOM, AFMP en VBM/NOV werd al gesteld dat het de aanstaande sluiting van vliegbasis Leeuwarden betekent [2]. Het ministerie van defensie spreekt dit echter formeel tegen.

DE FRIESCHE DRAECK

De Friesche Draek op het Rode Klif in Gaasterland
 

woensdag 15 juni 2011

Menno Simonsz - Nederlands enige radicale kerkhervormer



Menno Simons (Witmarsum, ca. 1496 - Bad Oldesloe (Sleeswijk-Holstein), 31 januari 1561) was een Nederlandse voormalig rooms-katholiek priester en leidinggevende anabaptistische reformator (kerkhervormer).

 

 Levensloop

Hij werd in Utrecht tot priester gewijd, en werd in 1524 aangesteld als kapelaan in Pingjum. Hij sympathiseerde eerst met Luther in de jaren 20 van de 16e eeuw, daarna voelde hij zich meer aangetrokken door Huldrych Zwingli. Rond 1531 raakte hij onder de indruk van de uit Zwitserland stammende anabaptisten, ook wel dopers of wederdopersgenoemd, maar in 1532 werd hij pastoor te Witmarsum. Hij preekte in de jaren 34-36 vurig tegen de militante praktijken van Jan van Leiden en Jan van Batenburg. In 1535 liet hij zich echter opnieuw dopen (wederdopen; hij was reeds als kind gedoopt in de katholieke Kerk), en daarmee kwam het tot een openlijke breuk met de rooms-katholieke Kerk. Op 30 januari 1536 verliet hij Witmarsum. In verband met de vervolgingen vertrok hij naar Groningen en Oost-Friesland. Bij de vergaderingen van Bocholt 1536 en Oldenburg 1538 was zijn aanhang nog een minderheid ten opzichte van die van David Joris, maar later zouden de mennonieten, vooral in Noord-Amerika, de hoofdstroming van de Doopsgezinden worden.
Simons organiseerde door heel het Duitse taalgebied de gemeenten, wees leidslieden aan, en steunde zijn geloofsgenoten schriftelijk. In 1539 verscheen zijn 'Fundamentenboek', dat in zijn geloofsgroep zeer geliefd was. Simons was streng op de levenshouding: de gemeente moest 'zonder vlek of rimpel' (Ef. 5:27) zijn. Hij legde daarbij de nadruk op de noodzaak van geestelijke wedergeboorte, het zuivere apostelschap van de christelijke gemeente en verwierp de kinderdoop als bijbels niet-gefundeerd. Hij bleef verdacht vanwege zijn leer over Christus, welke hij aan Hoffman had ontleend: het eeuwige Woord van God zou niet de menselijke natuur verkregen hebben uit Maria, maar het Woord was vlees geworden door een scheppende daad van God.

Menno Simons (1854)
Menno Simons overleed op 65-jarige leeftijd te Bad Oldesloe en ligt daar begraven onder een linde die naar wordt aangenomen door hem zelf is geplant. Op 11 september 1878 werd bij zijn geboortedorp een monument onthuld ter nagedachtenis aan Simons. Op de plaats van het monument heeft vroeger een huisje gestaan, waarin de Doopsgezinden vroeger bijeen kwamen. Simons zou zijn geloofsgenoten hier hebben toegesproken. Momenteel wordt er gewerkt om ter plaatse een Internationaal Menno Simons Centrum op te richten.Mennonieten
Doopsgezinden worden ook wel mennonieten of mennisten genoemd. In de Verenigde Staten zijn er diverse groepen gelovingen die zich "Mennonite Church" noemen. Er zijn doopsgezinden in alle werelddelen te vinden.
Grote groepen Mennonieten zijn in en na de Tweede Wereldoorlog uit Rusland verdreven, vanwege vermeende contacten met de Duitse bezetters. Een deel van deze Mennonieten is in Canada terechtgekomen. Momenteel zijn er meer dan 1,3 miljoen doopsgezinden wereldwijd.

Meniste leugen

De volgende anekdote betreft de Meniste leugen.
Menno Simons werd halverwege de 16e eeuw gezocht door de Spanjaarden. Een koets waarin hij zat werd aangehouden, zo wil het verhaal, en Spaanse soldaten vroegen of Simons aan boord was. 'Nee, nee!' riepen de angstige passagiers. De doopsgezinde leraar Hans Busschaert, wiens geloofsovertuiging hem verbood onwaarheid te spreken, boog zich vervolgens naar buiten en zei: 'Men zegt dat Menno Simons zich niet in deze koets bevindt', waarop de tocht ongehinderd kon worden voortgezet.