PASSIE VOOR HARLINGEN
In mijn
geboorteplaats Deventer had ik geleerd, dat wilde je de stad
begrijpen, je rekening moest houden met het feit, dat twee
verschillende water-niveaus en -stromen elkaar hier ontmoeten. Je had
de rivier de IJssel en de waterlopen uit het Oosten, die elkaar hier
kruisten. Het was ten allen tijde onmogelijk om van de IJssel
rechtstreeks in de stadsgracht te varen, die gevoed werd door de
weteringen uit het achterland. De beroemde cartograaf Blaau beeldde
het wel zo af en deze plattegrond is nog steeds een relatiegeschenk
van de gemeente Deventer. Verbinding tussen de stadsgracht en de
rivier is slechts door sluizen mogelijk. Dit zijn historisch gezien
opvallende plaatsen. Door rivier en beken te beheersen werd
technische ontwikkeling gestimuleerd om de “handelspositie”
optimaal te benutten. De Romeinen hebben waarschijnlijk de Rijn
omgelegd en gebruikt om een waterweg naar het Noorden mogelijk te
maken (de IJssel).. Zij zijn het geweest, die de eerste primitieve
sluizen hebben gebouwd aan de voet van een natuurlijke heuvel, het
hoogste punt van de stad, die in de Middeleeuwen werd gekroond met
een prachtige gotische kerk. De Bergkerk. Door de reizigers en
handelaren werden deze steden rijk en ambitieus. Er werd geïnvesteerd
in kerken, kloosters, zieken- en armenhuizen, bibliotheken en
scholen. De economische openheid zorgde ook voor een diversiteit aan
bewoners en bezoekers. Groepen vluchtelingen vestigden zich hier
vaak. De Spaanse Joden en Belgische protestantse vluchtelingen vonden
in Amsterdam, maar ook in Zutphen en Deventer een hartelijk welkom.
Logisch was ook, dat het een vestingstad was. De lokale machthebbers
moesten zich tegen invasie en belegering kunnen verweren. De
stadsmuren werden tenslotte een belemmering en stadspoorten werden
gesloopt, grachten gedempt en stadswallen afgebroken. De stad kon
eindelijk uitbreiden en op de ruïnes werden prachtige plantsoenen
aangelegd. In Deventer werd hiervoor de beroemde tuin- en
parkarchitect Springer ingehuurd.
U begrijpt al
waar ik heen wil. Harlingen en Deventer lijken bijzonder veel op
elkaar. Qua historie, handelsgeschiedenis en monumentale architectuur
zijn er veel overeenkomsten. Deventer is groter en uitbundiger, maar
Harlingen heeft op een relatief klein grondgebied (Harlingen was
lange tijd de dichtstbevolkte stad van Nederland, met allerlei
epidemieën tot gevolg. Zeelui importeerden cholera, tyfus maar ook
tuberculose! En nog steeds is tbc niet verdwenen en steekt met de
nodige regelmaat de kop op.) Maar uitzonderlijk is het feit, dat zoet
en zout water elkaar in Harlingen raken. Zeevracht werd er
overgeladen op beurtschepen en Friese producten werd geëxporteerd
naar de Oostzee, Noorwegen en Engeland. Visserij was lang een vast
gegeven in de stad, maar de afsluiting van de Zuiderzee en de omslag
naar een zoet water bekken heeft de Zuiderzee haring uitgeroeid. Zij
hadden hun paaigebieden in de binnenzee en konden die niet meer
bereiken. Dat gold ook voor de paling, die niet meer op weg kon naar
de Sargassozee in de Atlantische Oceaan. De keuze voor de Afsluitdijk
zou nu, om ecologische redenen, niet meer worden gemaakt. De
onbalans, die de visserij langzaam heeft vernietigd, kan niet met
lapmiddelen ongedaan worden gemaakt. De natuurlijke verbinding tussen
zoet en zout moet weer worden hersteld. De Afsluitdijk moet weer
“open”.
U begrijpt wel,
dat ik me in Harns op mijn gemak voelde en ik volgde dan ook graag
het advies van de telefoon-monteur op. “Als je wilt integreren en
begrijpen, dan moet je je verdiepen in de historie van de stad en
haar Ommelanden.” Harns, maar ook Midlum en Wynaam, hebben me niet
teleur gesteld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten