vrijdag 8 mei 2020


DE GESCHIEDENIS VAN HARLINGEN
DE OPKOMST VAN HET SOCIALISME

In 1870 werd Ferdinand Domela Nieuwenhuis beroepen tot predikant van de kleine Lutherse Kerk in Harlingen. (nu boutique van het Leger des Heils). Al tijdens zijn studie werd hij zich bewust van de erbarmelijke leefomstandigheden en het troosteloze lot van de arbeidersklasse.
Niet alleen waren er de arbeidsomstandigheden en de lage lonen, ook werden ze verdoofd door bier en jenever. Bier werd gedronken omdat de kwaliteit van het water erg slecht was en een bron van ziekte. Bierbrouwers charterden vissersschuiten om schoon water, ver uit de kust van de Zuiderzee te halen. Jenever, een gedestilleerde drank, was een Nederlandse uitvinding en groeide uit tot de nationale volksdrank, met verwoestende gevolgen. Rond 1850 bezocht een Harlinger arts een gezin van 6, personen, bestaande uit een werkloze vader, een moeder en vier kinderen, die allen verslaafd waren aan de jenever. Het “oude” Harlingen kende in die tijd 75 tappunten. Het loon werd op vrijdag in het café uitbetaald.
Domela Nieuwenhuis was een rabiate tegenstander en bestrijder van alcoholgebruik. Het stond de emancipatie van de arbeider in de weg. Na een toespraak in Deventer sloopten de toehoorders de tapkast en smeten die op straat.
15 juli 1894 komt Tjeerd Stienstra vrij nadat hij een jaar heeft vastgezeten wegens opruiing. Duizenden wachten hem in Groningen op en onder grote belangstelling reist hij naar Leeuwarden. Hier wordt een grote demonstratie gehouden, waarna hij doorreist naar Harlingen. Domela Nieuwenhuis verwelkomt hem met open armen. In optocht trekt een menigte “rooien”, mannen, vrouwen en kinderen, naar het voormalige Volkshuis, nu “de Rode Ploeg.
Dit wordt de rode thuisbasis, gerund door Stienstra de socialistisch-anarchistische revolutionair en uitvalsbasis voor de rode fanfare “Sluit Schiedam”.
Een week na zijn aankomst wordt er, op zondag nog wel. Een groot feest georganiseerd, waar duizenden sympathisanten getooid met rode vlaggen aan del nemen.
Domela Nieuwenhuis spreekt er, net als Tjeerd Stienstra, gehuld in zijn gevangenispak.
Het feest leidt tot woedende reacties in de hogere kringen en vooral de Nederlands Hervormde Kerk Het duurt dan ook niet lang voordat het stadsbestuur met een speciale verordening komt. Op zondag wordt het verboden om de ramen en deuren tijdens bijeenkomsten open te zetten.
De socialistische beweging kreeg een knauw toen Stienstra, met zoon Jan, plotsklaps naar Amerika emigreerde. De reden zou zijn dat Stienstra betrokken was bij de beruchte Hogerhuis roofoverval op een hereboer. Op de plaats delict werd een zaklantaarn van hem gevonden. Zelf gaf hij later aan, dat hij niet langer in hetzelfde land als zijn vrouw kon ademen. Die bleef met de overige kinderen in Harlingen wonen.
De Rode Ploeg verloor zijn glans en werd uiteindelijk weer een gewoon café, waar bier en jenever werd geschonken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten