DE GESCHIEDENIS VAN HARLINGEN
HET MYSTERIE VAN DE TEMPELIEREN
HET MYSTERIE VAN DE TEMPELIEREN
Van het Harlinger stadswapen verwijst 50%, door middel van Tempelierkruisen, naar de verdwenen Middeleeuwse ridderorde en de kleur rood werd ook door hen gebruikt.
Deze militaire monniken waren tot omstreeks 1300 actief in het Heilige Land. Zij vormden de kern van de christelijke heersers in hun strijd tegen de Islamitische leiders, zoals de beroemde legeraanvoerder Saladin. Het waren geharnaste ridders te paard, d...ie ook bepantserd waren, die eendrachtig de vijandelijke linies bestormden. Ze zijn te vergelijken met een Duitse tankdivisie in de Tweede Wereldoorlog. Lange tijd leken ze onoverwinnelijk en hielden ze het christelijke koninkrijk Jeruzalem in stand.
Het succes van de orde leverden hen niet alleen veel prestige op, maar ook rijkdom. Vorsten schonken hen landerijen. Toegetreden adellijke recruten stonden al hun bezit af. De “arme ridders van Christus” werden schatrijk en leenden de machthebbers veel geld. Ook investeerden ze in allerlei vormen van industrie en nijverheid.
In 1307 wordt de Orde door de Franse koning en de Paus opgerold. Op vrijdag de 13e werden meer dan 2000 Tempelridders van hun bed gelicht. Filips de Schone beschuldigde hen van ketterij en sleepte ze voor de Inquisitie. Na uitgebreide en gruwelijke marteling bekende het merendeel zich schuldig te hebben aan sodomie, blasfemie en duivelaanbidding. Er werd op het kruis gespuugd en er was fysiek contact tijdens inwijdingen.
Een groot aantal eindigde op de brandstapel, waaronder Jacques de Molay, de laatste grootmeester van de Tempelridders. De naam verwijst naar de Tempel van Salomo, waar de eerste ridders hun tenten opsloegen.
Deze militaire monniken waren tot omstreeks 1300 actief in het Heilige Land. Zij vormden de kern van de christelijke heersers in hun strijd tegen de Islamitische leiders, zoals de beroemde legeraanvoerder Saladin. Het waren geharnaste ridders te paard, d...ie ook bepantserd waren, die eendrachtig de vijandelijke linies bestormden. Ze zijn te vergelijken met een Duitse tankdivisie in de Tweede Wereldoorlog. Lange tijd leken ze onoverwinnelijk en hielden ze het christelijke koninkrijk Jeruzalem in stand.
Het succes van de orde leverden hen niet alleen veel prestige op, maar ook rijkdom. Vorsten schonken hen landerijen. Toegetreden adellijke recruten stonden al hun bezit af. De “arme ridders van Christus” werden schatrijk en leenden de machthebbers veel geld. Ook investeerden ze in allerlei vormen van industrie en nijverheid.
In 1307 wordt de Orde door de Franse koning en de Paus opgerold. Op vrijdag de 13e werden meer dan 2000 Tempelridders van hun bed gelicht. Filips de Schone beschuldigde hen van ketterij en sleepte ze voor de Inquisitie. Na uitgebreide en gruwelijke marteling bekende het merendeel zich schuldig te hebben aan sodomie, blasfemie en duivelaanbidding. Er werd op het kruis gespuugd en er was fysiek contact tijdens inwijdingen.
Een groot aantal eindigde op de brandstapel, waaronder Jacques de Molay, de laatste grootmeester van de Tempelridders. De naam verwijst naar de Tempel van Salomo, waar de eerste ridders hun tenten opsloegen.
Ook in Harlingen zal er een vertegenwoordiging van de Tempelieren een kantoor hebben gehad. Een belangrijk gegeven hierbij is, dat de Tempelridders de voorkeur gaven aan robuuste en imponerende paarden. De Arabieren kozen hun paarden om de snelheid en elegantie. De Orde wilden robuuste paarden, die in de veldslag hun mannetje stonden, trouw en leergierig. Hun oog viel op het Friese paard.
Deze paarden werden hier gefokt en door schepen naar het Midden-Oosten vervoerd. Harlingen was de enige Friese zeehaven en zal er dus een hoofdrol hebben gespeeld.
Ridders hadden drie paarden; twee Friese en een lastdier.
Bij een omvang van meer dan 1000 ridders, hadden de ridders behoefte aan een continue toestroom. Uit Harlingen. Na 1307 zijn de Friese ridders waarschijnlijk ondergronds gegaan. Hun tradities en regels hebben een plek gevonden in de Vrijmetselarij.
Deze paarden werden hier gefokt en door schepen naar het Midden-Oosten vervoerd. Harlingen was de enige Friese zeehaven en zal er dus een hoofdrol hebben gespeeld.
Ridders hadden drie paarden; twee Friese en een lastdier.
Bij een omvang van meer dan 1000 ridders, hadden de ridders behoefte aan een continue toestroom. Uit Harlingen. Na 1307 zijn de Friese ridders waarschijnlijk ondergronds gegaan. Hun tradities en regels hebben een plek gevonden in de Vrijmetselarij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten