donderdag 12 september 2013



WRAK VAN DE LUTINE GEVONDEN? (2008)

HARLINGEN: In de Visserijhaven ligt een kolossaal Belgisch platform, dat door de slepers Anita en Jenny, met ondersteuning van de Barracuda de haven werd binnengesleept. Op het platform wordt apparatuur geplaatst, waaronder een mammoetkraan. Over enkele weken vertrekt het platform (met vier poten van 48 meter) naarTerschelling. Hier zal het project beginnen om te trachten het wrak en de schatten van het in gezonken fregat de Lutine te bergen. De Harlinger tandarts Ane Duijf, die al jaren pogingen heeft gedaan het wrak te lokaliseren, is de projectleider voor deze bijzondere operatie. Duijf is naar eigen zeggen ‘erfelijk belast’ met zijn gedrevenheid naar het onderzoeken van maritiem historische zaken. “Wat wil je, mijn hele familie is altijd maritiem georiënteerd. Tal van voorvaderen waren zeeman. Wanneer ze al een baan op Terschelling hadden, dan waren ze roeier op een reddingsboot… Maar ik doe dit werk ook als een stukje eerbetoon aan al die mensen die daar in die gevaarlijke gronden zijn verdronken … Want over die 270 mensen die bij de ramp met de Lutine omkwamen hoor je tegenwoordig bijna niets. Laat staan over die enige overlevende, die bijna gek is geworden van de doorstane angsten.” (bron: HC).


HARLINGEN HEEFT EEN HISTORISCHE BAND MET DE LUTINE
“ Toen het schip op 9 oktober 1799 in de Westgronden bij Terschelling strandde en verging, was het noorden van ons land bezet door Engelse troepen… De eerste Nederlandse berging vond pas plaats in 1800, toen de Britten zich hadden teruggetrokken. Die berging stond onder toezicht van oud-kapitein A. de Rook uit Harlingen. De Rook was in het dagelijks leven toezichthouder op ’s Lands Werf aan de Zuiderhaven en in latere tijden bekend als Scheepswerf Welgele-gen. Bij de eerste berging door de Nederlanders kwam er heel wat materiaal uit het wrak tevoorschijn, dat nog te gebruiken was. Daaronder waren zeilen, kanonnen en veel touwwerk. Die spullen zijn later op Terschelling door de toenmalige Marine verkocht.” (bron: HC)
De Lutine was een van Frans fregat (lengte 44.2 meter, 32 kanonnen), dat in 1779 in Toulon te water werd gelaten. Op 27 september 1793, terwijl de kanonnen van Napoleon Toulon beschoten, gaven de autoriteiten de Franse Middellandse Zeevloot over aan de Engelsen. Admiraal Hood werd in één klap 52 schepen rijker, waaronder La Lutine.
De ondergang.Nederland werd in 1795 door de Fransen bezet. De ooit zo trotse vloot was vernietigd of in Franse of Engelse handen geraakt. In deze periode werd de Lutine door de Engelse Admiraliteit ingezet als escorte van handels-schepen. In october 1799 kreeg de Lutine opdracht om goud, zilver en muntgeld ter waarde van 1 miljoen 200.000 Engelse ponden van Yarmouth naar Cuxhaven (Duitsland) te vervoeren. Dit geld diende om een financiële crisis in Hamburg te voorkomen en om de Engelse soldaten te betalen, die o.m. in Holland actief waren. In 2007 werd de geldwaarde van het goud, het zilver en het muntgeld geschat op meer dan 81 miljoen Engelse ponden (ruim 100 miljoen euro). In de avond van 9 october 1799 raakte het schip, onder kapitein Lancelot Skynner, in een noord-wester storm verzeild, waardoor het fregat in de Waddenzee terecht kwam en in de buurt van Terschelling op een zandbank strandde. Het schip werd aan stukken gescheurd mede doordat de lading niet goed was gestouwd en slechts één van de 240 bemanningsleden bereikte levend het strand. Drie officieren, waaronder kapitein Skynner, zijn op Vlieland begraven. Ruim tweehonderd verdronken bemanningsleden werden in de buurt van de Brandaris in een massagraf bijgezet.
WAAR LIGT DE LUTINE? De Lutine is vergaan in het IJzergat (tussen Vlieland en Terschelling). Een doorgang die nu geheel is verdwenen. Direct na de schipbreuk verdwenen er al gedeelten van het fregat onder het waddenzand. In 1804 was het uit het zicht verdwenen, om in 1857 en in 1915 tijdelijk aan de oppervlakte te komen.
HET GOUD. Het goud, zilver en muntgeld was verzekerd bij Lloyd’s in Londen en deze heeft de hele claim uitbetaald. De verzekeraar ging daardoor bijna failliet. Diverse pogingen om de lading te bergen liepen op niets uit. In 1814 werden er acht Louis d’or en 7 Spaanse munten opgevist. Het wrak desintegreerde en de gouden en zilveren staven waren zo slecht verpakt, dat ze al snel op de bodem van de Waddenzee terecht kwamen. In 1821 was de Lutine al met een meter zand overdekt, terwijl tot op heden de zandbanken voortdurend in beweging zijn. In 1858 en in de jaren daarna werden ruim 15.000 munten, 41 gouden baren en 66 zilveren baren geborgen. Toch schat Lloyd’s dat nog geen zesde deel van de lading is geborgen.
DE SCHEEPSBEL VAN DE LUTINE. De scheepsbel van de Lutine (inscriptie “St. Jean – 1799”) werd op 17 juli 1858 opgevist. Deze werd uiteindelijk bij de verzekeraar Lloyd’s in London opgehangen. De scheepsbel werd daarna tradi-tioneel geluid bij het bekend worden van de ondergang van een schip (1x) of bij de onverwachte terugkomst (2x). Tijdens de Tweede Wereld-oorlog is de klok alleen geluid na het zinken van de Bismarck. Door een scheur in het metaal kan de scheepsbel alleen bij uitzonderlijke gebeurtenissen worden geluid. In de “Underwriting room” van Lloyd’s in Londen staan ook een tafel en een stoel die van het wrakhout (o.a. het roer) van de Lutine zijn gemaakt. Ook zijn de ankers en enkele kanonnen van de Lutine gevonden. Eén van deze kanonnen staat op de Wadden-promenade in Harns.
EIGENDOM: Schatduiken is tegenwoordig een commerciële onderneming. Regelmatig ontstaan er conflicten over het eigendomsrecht of het vindersloon van dergelijke schatten. In de “Lloyd’s Act” uit 1871 staat vermeld dat bij berging van de rest van de schat van de Lutine, de opbrengsten tussen Lloyd’s en het Nederlandse koningshuis zullen worden verdeeld. Harlinger Duijf heeft bij het begin van het onderzoek in 1990 een contract met Lloyd´s afgesloten, waardoor het duikteam Caranan, waar A. Duijf deel van uitmaakt, de enigen zijn die naar de Lutine mogen duiken. We wensen ze vanaf deze plek goede vangst en behouden vaart.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten