maandag 24 december 2012

De stenen van de stad, h. 3


Maar goed, ik zou dit groepje “Hollandse” emigranten aan U voorstellen, dat naar hun, splinternieuwe, woning in het Noorderkwartier trok. Laat ik beginnen met onze honden. We hebben er twee: een zwarte (Hazel, om haar mooie ogen) en een vale Beagle, genaamd Robyn. Yin en Yang, zoals ze in de mand liggen te slapen en dat doen ze uitgebreid en luidruchtig snurkend. Ooit zal i er nog eens een foto van maken om als kerstkaart te gebruiken. Vrede op aarde.

Hazel is 5 december 15 geworden, onze oude dame en tot moeder gepromoveerd, toen Robyn in ons leven kwam, 3 jaar later. Het zijn beide honden met een verhaal. Hazel in Utrecht op straat gevangen en naar het asiel gebracht, vandaar de geboortedatum. Al snel werd duidelijk, dat Hazel in haar jonge leven ernstig mishandeld was. Ze was doodsbang voor mensen, schuivende stoelen of dichtslaande deuren. Haar staart was met een doodgewone schaalr slordig en gerafeld afgeknipt. Hazel raakte in paniek bij dichtslaande deuren, vuurwerk en onweer. Ze was nog steeds niet zindelijk en niemand uit het asiel kon haar benaderen. De medewerkers hadden Hazel al afgeschreven. Een half jaar oud en dan al afgeschreven. Slechts een toekomst en een kort leven in een ijzeren kooi.

Hazel is een mooie pikzwarte, medium hond en een witte bef in de vorm van een kruis. En ze heeft een geknikt oor en dat geeft haar een vrolijke en laconieke uitdrukking. Het was precies de reden waarom mijn vrouw, die ik toen nog niet kende, en haar zus Hazel uitkozen. Nota bene als waakhond, om te voorkomen, dat er opnieuw werd ingebroken. Ja, je leeft in de grote stad en dat is inbraak, vernieling, overlast en fietsendiefstal, iets waar je mee moet leren leven. Ik ben drie fietsen kwijtgeraakt en is er 1 in brand gestoken door onze buurtbende. Een niet te stuiten golf van overlast, bedreiging, belediging en vernieling, waar de politie niets tegen kon doen. Toen al, 1998, werd een homo-stel door Marokkaanse jongeren weggepest naar de Vinex-wijk en stond met Oud-op-Nieuw het binnenplein in brand en werden de glazen ramen en de deur met voetzoekers opgeblazen en drong men jet portaal in om de planten te vernielen. Een regelrechte oorlogssituatie, die, uit onmacht of onwil, met de mantel daar liefde werd bedekt. Als bewoners stonden we er alleen voor. Maar deze groeiende overlast van jongetjes, die nog 16 moeten worden, speelde een belangrijke rol in onze keus om te vertrekken.

Zelfs mijn vrouw stelde Hazel uiteindelijk een ultimatum . Zindelijk worden, of anders terug naar het asiel. Ze heeft het, wonderbaarlijk genoeg, begrepen en werd zindelijk. Wat overbleef was een angstig hondje, dat zich verschool achter de gordijnen of onder de bank kroop. Ze sloeg bij het minste of geringste aan, waardoor we haar niet alleen konden laten.

Het leek ons toen een goed idee, om een tweede hond te nemen. Een vriendin voor Hazel.

Dat werd Robyn. Ook al een hond met een verhaal. Robyn hebben we gered van een leven in een laboratorium!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten