dinsdag 24 november 2020

 GESCHIEDENIS VAN HARLINGEN

MOLENSTAD
Op 18 december verscheen in de Harlinger Courant een artikel van S. Wielinga, “Harlingen als Molenstad”. Het bevatte een opsomming van de diverse soorten molens, die in en rond Harlingen hebben gestaan. De geschiedenis van windmolens in Friesland gaat niet zover terug als in andere streken van Nederland. In het jaar 1000 bezaten de heren van “Maelstede” molenrecht. “Het recht om molens te doen oprichten en te verpachten.”
In Harlingen wordt in 1566 een molen verkocht. Op een oude plattegrond van Harlingen en getekend door Jacob van Deventer, staan twee molens vermeld. Ook op een kaart van omstreeks 1581 worden twee molens weergegeven. Een stond op de hoek van de Schritzen en de Spekmarkt, de Zuidermolen, de andere staat aangegeven op de hoek van het Noordijs en de Rommelhaven. Deze molen zou hier al in 1543 hebben gestaan.
Op latere plattegronden zijn de molens uit de binnenstad verdwenen, waarschijnlijk i.v.m. de windvang door de omringende bebouwing. De activiteit verplaatste zich vooral naar de Trekvaart en de Bolswardervaart.
In totaal hebben er in Harlingen en directe omgeving
63 molens van verschillende types gestaan; waar onder15 zaagmolens, 13 watermolens en 10 korenmolens.
Een aantal molens brandt af en de rest wordt gesloopt.
In 1943 wordt begonnen met de afbraak van de “Bazuin” aan de Noorder Ringmuur. In 1944 is het totale “molenpark” verdwenen. De restanten verkocht.
Afbeelding kan het volgende bevatten: een of meer mensen, lucht en buiten
Leuk
Opmerking plaatsen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten