vrijdag 1 september 2017




De geschiedenis van Harlingen
TEMPELIEREN, EEN SCHAT EN ALMENUM
En ook al  is het een fabeltje, verzonnen is er niets.

Toen ik de rol van de berg van Almenum in ging zien, als bijzondere, heilige plek, duizenden jaren oud en tot de kap van de bomen, actief (777), vanaf dat moment neemt de masculine patriarchale energie de rol over van Moeder Aarde. Centraal staat de Michaelkerk, een gewichtige naam en bij uitzondering toegestaan. Gedurende de eerste jaren van haar bestaan verwierf ze een (niet-christelijke) relikwie: het vaandel van Friso, dat magische en wonderbaarlijke krachten bezat. Dit vaandel werd, samen met zijn wapenrusting, door Magnus Forteman aan de kerk geschonken in 803. De kerk beheerde ook de 24? Friese Keuren; waarin de Friezen de vrijheid werd gegund door Keizer Karel de Grote, net door de paus gekroond. Ze hoefden geen heer boven zich te dulden, behalve de Keizer, die een beroep kon doen op de militaire en economische kracht van de Friezen. Dat prop je niet in zo'n kleine kerk, De enige mogelijkheid is ondergronds te gaan. Misschien kon men gebruik maken van door druiden gegraven gangen en crypten. Daarover is niets bekend, maar ik heb zo mijn gevoelens. Een jaar geleden hebben ze in Engeland een onderaardse tempel ontdekt, met nissen en besloten ruimtes. Toegeschreven aan de Tempelieren. Op YouTube te vinden.
Mochten er zulke ruimtes onder Almenum zijn, dan zullen er historische artefacten worden gevonden. Daarbij zouden dan veronderstelde relikwieën kunnen zijn uit de Tempelierenschat. Vanuit La Rochelle naar Harlingen was voor de Tempelridders een bekende route. De Friezen waren onafhankelijk, zelfstandig, onversaagd en kosmopolitisch. Frankrijk was ver weg. Tot slot: voor de Tempelieren was de aartsengel Michael een leidend voorbeeld. De Tempelridders bevochten op hun manier de duivel in de vorm van de Islam. Misschien komt het magische, rode vaandel van Friso, aartsvader der Friezen boven water of het relikwie van de Heilige Magnus; een martelaar uit de 3e eeuw. Het ging waarschijnlijk om een vinger van deze Heilige, die door de  Friese held Herilo, uit handen van de paus ontvangen als beloning voor zijn dappere strijd tegen de Saracenen en die vervolgens het relikwie aan de  Michaelkerk schonk.

De Tempelieren werden gewaarschuwd wat hen op vrijdag de dertiende 1307 zou gebeuren en de ridders van Christus zouden in staat moeten zijn geweest om deze, omvangrijke schat uit Frankrijk te smokkelen. De relikwieën, waaronder een Baphomet en een gedeelte van het Heilige Kruis, konden gemakkelijk en compact (een lijkwade) worden ingepakt, en werden naar La Rochelle gebracht en op 17(?) schepen geladen. Er zijn mogelijk contacten geweest tussen Tempelier-schepen en Harlinger koopvaarders. De religieuze voorwerpen zouden onder de “Dom van Almenum” zijn verborgen. Het goud, zilver en de edelstenen werd in de zadeltassen van de honderden ridders en op draagdieren in pendeldienst vanuit Parijs en andere centra in zekerheid gebracht. Richting Zuid-Duitsland en vooral Zwitserland, dat snel na 1307 zijn onafhankelijkheid en zelfstandigheid won.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten